Dodenherdenking op 4 mei 2013
Op 4 mei herdenkt de Staat der Nederlanden de Nederlandse
slachtoffers sinds de Tweede Wereldoorlog. Op de Dam in Amsterdam staat een
grote pyloon met daarachter een halfronde wand waarin een tekst van Adriaan
Roland Holst staat gebeiteld. Hoogdravende poëzie van erts tot arend. Bij dit monument worden ook
de gevallenen herdacht van militaire operaties na 1945, Nederlands-Indië, Libanon,
Bosnië, Afghanistan. In vrijwel alle gemeenten van Nederland worden ook herdenkingen
gehouden voor de lokale slachtoffers. In het plaatsje Vorden vond het comité
het wel een goed idee om ook aan de Duitse gevallenen ter plekke een eerbetoon te
organiseren, zij het in bescheiden zin: er langslopen. Hoefde niet, kon wel,
maar wel voorgesteld als mogelijkheid. Meteen allerlei organisaties boos. De
Duitsers waren toch de daders. De burgemeester probeerde nog uit te leggen dat die arme
soldaten toevallig boven Vorden in hun vliegtuig waren neergeschoten en ook
maar gestuurd waren. Daders maar ook. Dat is in zekere zin allebei waar.
Een paar jaar gelden speelde in de gemeente Goirle een
soortgelijke kwestie. In september 1944 werd het zuidoostelijk deel van de
regio Tilburg beschoten door onze bevrijders. Een Duitse kanonnier
ingekwartierd bij een boerderij in Goirle bracht bij het begin van een
beschieting twee kleine kinderen die op het erf speelden in veiligheid, waarna
hij zelf dodelijk getroffen werd. Voor deze ‘Goede Duitser’ maakte men een
beeld dat de initiatiefnemers graag in de openbare ruimte geplaatst wilden
zien. De gemeente zag daar geen heil in. Het beeld kwam terecht in de voortuin
van een huis in het dorp Riel. Daar staat het sinds drie jaar zonder protest of
beschadiging. Maar in een privétuin. Niet op een officiële plek. En dat is nu
juist de goede keuze.
Natuurlijk hadden de meeste Duitse soldaten geen keuze, ze waren dienstplichtig. Wie
in het leger is geweest, weet dat je in de eventuele oorlog maar twee keuzes
had. De eerste was op bevel sneuvelen voor het [zgn.] vaderland of als held overleven. De tweede keuze: deserteren en voor het vuurpeloton vallen. Kies
maar!
Moeten we ook niet al die soldaten herdenken die vóór
1940 in militaire dienst vochten in Atjeh? Dat deden ze toch ook voor koningin
en vaderland? Of zij die tegen Franco vochten in de burgeroorlog in Spanje? En
die sneuvelden in de Belgische opstand? En zij die Indianen gingen uitroeien in
Amerika of de slaventransporten beschermden van de VOC in Afrika? Die
sneuvelden toch ook voor volk en vlag. Denkt Nederland dat het pas goed geworden sinds 1940? Wat deden we dan in Indië?
In mijn boek Zwindingen probeer ik daar wat over uit te leggen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten