‘Gelukkig zijn is moeilijk’
Deze uitspraak is van de schrijver Michael Cunningham geboren in 1952. Hij geeft les aan Yale in literatuur en creative writing. Hij is getrouwd met de psychoanalist Ken Corbett.
Cunningham
brak door met zijn boek The Hours dat
is gebaseerd op Mrs. Dalloway van
Virginia Woolf. Het boek werd met succes verfilmd. In het werk van Cunningham
spelen gezinnen en families de hoofdrol. Dat heeft voor Cunningham alles te
maken met zijn homoseksualiteit in de periode dat veel vrienden aan aids
stierven en hij daardoor met indringende familierelaties te maken had en met
vrienden een hulpgroep oprichtten om als een soort alternatieve familie hen te helpen die door hun eigen familieleden
waren verstoten.
In
het interview met De Volkskrant (15 juni 2024) naar aanleiding van de
Nederlands vertaling van het boek Dag (geïnspireerd door Woolfs: To the lighthouse) deed
Cunningham een paar belangrijke uitspaken over het schrijven van literatuur.
Allereerst maakte hij een opmerking over kinderen (die hij als homo niet heeft) Kinderen worden (ook in boeken) vaak als simplistisch beschouwd, alsof ze allemaal op dezelfde wijze denken en redeneren. Hij vindt dat kinderen vaak bijzonderder en origineler reageren dan zij als volwassenen zullen zijn. “Als je opgroeit. worden allerlei eigenaardigheden en eigenzinnigheden als het ware uit je geslagen.”
Ook
is hij negatief over het Amerikaanse wensdenken en het vooruitgangsgeloof dat
achter de horizon een betere wereld wacht. Dat ‘On the road’ het geluk te
vinden is; een romantisch beeld van tweehonderd jaar geleden dat werd gecreëerd tijdens de trek
naar het westen, waar niet het geluk, maar meestal de rauwe realiteit van de
teleurstelling wacht.
De
huidige situatie aan veel (Amerikaanse) universiteiten is een waar strijdtoneel
geworden waar dode witte mannen worden gecanceld en docenten die zich vergissen
in de juiste aanspreek voornaam-woorden worden beschuldigd van non-inclusiviteit,
wat zou zorgen voor een 'onveilige' omgeving.
Maar nu naar het schrijven zelf.
1.
Herschrijven!
Geef de zinnen in je verhaal die je zelf fantastisch goed vindt een A en de
gewone zinnen een B. Dan ga je herschrijven en wel alle zinnen met een A, omdat
je daarin pronkt met je talent en omdat je de aansteller in jezelf moet temmen.
Het gaat om de helderheid en de voortgang van je verhaal.
2.
Metaforen!
Bepaalde (meestal jonge) schrijvers hebben vaak een voorkeur voor ‘originele’
metaforen, maar het zijn meestal manke vergelijkingen, omdat ze zich niet goed
inbeelden hoe zo’n beeld werkt. Een voorbeeld: de felle regenbui verdween even snel
als sneeuw voor de zon. Dit is niet alleen een clichébeeld maar het botst ook,
want het gaat over een regenbui en niet over sneeuw.
3.
Luisteren!
Luister naar waar mensen over praten en hoe ze dat doen. Ontdek dat veel mensen
verlangen naar een ander leven, omdat ze mislukking, teleurstelling, ziekte en
ellende ervaren en zij door de sociale media voortdurend geconfronteerd worden
met levens die interessanter en beter lijken dan het hunne (al weten we
allemaal dat dat niet waar is). Toch ontwikkelen we een wensdenkmechanisme dat
ervoor zorgt dat we nooit echt gelukkig en tevreden kunnen zijn.
4.
Intrigeren!
Tenslotte nog een klassieke tip voor de intrige. Twee personen kunnen een
stabiele relatie hebben. Stuur er een derde op af en zorg er voor dat door deze
indringer of buitenstaander spanningen ontstaan. De intrigant is een bron van
rijkdom voor een schrijver.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten