Wittgenstein en W. F. Hermans’ Lotti Fuehrscheim
[Leyeloren 46]
[Leyeloren 46]
Willem Frederik
Hermans schreef Lotti Fuehrscheim in 1949. Op bladzijde 187-189 [van de bundel Paranoia, uitgegeven door Van
Oorschot, 1966] treedt een professor op die de ideeën van Ludwig
Wittgenstein representeert. De centrale vraag van het verhaal luidt: zegt een
woord iets over het 'feit' daarachter? En vragen die daaruit volgen. Bestaat
alles wat denkbaar is? Verbergt iemands naam een voorspelling en hoe vind je de
sleutel die het slot van dit geheim opent?
Of is dit een schijnprobleem, een woordspel?
De filosofie van Wittgenstein was tot in de jaren
vijftig buiten Cambridge vrijwel onbekend. Pas met de vertaling van de Tractatus door
Willem Frederik Hermans kwam dit werk onder de aandacht van de Nederlandse
lezer. De Tractatus bestaat uit genummerde stellingen, precies
zoals de Ethica van Spinoza. Hieronder volgt een
samenvatting van de ideeën van Wittgenstein. De vertaling van de stellingen is
van W.F. Hermans.
Het eerste en belangrijkste werk van Wittgenstein [Wenen
1889 – Cambridge 1951] is Logisch-philosophische Abhandlung,1921; ofwel
de Tractatus logico-philosophicus [Latijnse titel van de
Engelse vertaling in 1922]; later: Philosophische Untersuchungen, 1928
De Tractatus
bestaat uit stellingen.
Stellingen
kunnen waar, onwaar of zinledig zijn.
Stellingen kun
je verbinden tot een geheel dat het mogelijk maakt over de werkelijkheid te
spreken. Net als in de wiskunde zijn stellingen eigenlijk axioma’s. Een logisch
verbonden reeks axioma’s vormen een natuurwetenschappelijke
werkelijkheidsbeschrijving. Dat is het systeem waarop de Tractatus berust.
Logisch
verbonden! Dus niet een uitspraak als: ‘Wittgenstein is een priemgetal.’
De wereld
bestaat uit een veelheid van objectieve onafhankelijke feiten. De mens moet
deze feiten laten spreken, maar over de rest zwijgen. Filosofie is niet meer
dan gegoochel met de taal, een taalspel. Zij is een reeks tautologiëen.
De zeven basisuitspraken zijn:
1.
Die
Welt is alles, was der Fall ist.
De wereld is alles wat het geval
is.
2.
Was
der Fall ist, die Tatsache, ist das Bestehen von Sachverhalten.
Wat het geval is, het feit, is het
bestaan van connecties.
3.
Das
logische Bild der Tatsachen ist der Gedanke.
Het logische beeld van de feiten
is de gedachte.
4.
Der
Gedanke ist der sinnvolle Satz.
De gedachte is de zinvolle volzin.
5.
Der
Satz ist eine Wahrheitsfunktion der Elementarsätze. (Der Elementarsatz ist eine
Wahrheitsfunktion seiner selbst.)
De volzin is een waarheidsfunctie
van de elementaire volzinnen. (De elementaire volzin is een waarheidsfunctie
van zichzelf.)
6.
Die
allgemeine Form der Wahrheitsfunktion ist: [formule]. Dies ist die
allgemeine Form des Satzes.
De algemene vorm van een
waarheidsfunctie is: [formule]. Dit is de algemene vorm van de volzin.
7. Wovon man
nicht sprechen kann, darüber muss man schweigen.
Van dat, waarover niet kan worden
gesproken, moet men zwijgen.
(Vgl. Candide. Na eindeloos
optimistisch geklets over de wrede schepping volgt de conclusie: Laten we onze
tuin verzorgen)
Wittgensteins
levensvorm is het ondenkbare denken; zgn. opgeloste problemen worden
voortdurend vervangen door nieuwe onopgeloste problemen.
Volgens Rudy
Kousbroek was Willem Frederik Hermans zelf verrast door de Tractatus. Tot
eind jaren zestig was de filosofie gevangen in theologiserende metafysische
kluisters; nog altijd gebaseerd op De Idee van Plato, Het Lost Paradise motief,
Het Ding an sich.
Willem Frederik
Hermans meent dat er geen wereldraadsel is. Toch zegt Wittgenstein in stelling
6.52 dat als we alle wetenschappelijke vragen beantwoord zouden hebben, we nog
steeds helemaal niet weten waarom we leven. De zin van de wereld moet buiten
haar zelf liggen. Maar als dat zo is, kunnen wij daar niets over zeggen. Het
probleem is niet waarom/waartoe de wereld is, maar dat zij is.
Het leven is
een raadsel, waarvan de oplossing buiten onszelf ligt. Dan is er buiten ons een
onkenbare werkelijkheid, waarover je dus niets kunt zeggen. Wittgenstein was geen atheïst of anti-godsdienst. Hij zegt alleen dat we niets kunnen beweren of een wereld buiten de kenbare.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten