Zijn wens is een prima uitgangspunt voor het bestrijden van
de domheid. Immers alle kennis ligt in de verwondering (Aristoteles).
Vervolgens begint Jules de Corte een stel kindervragen te
stellen en nog stommere antwoorden te geven, zoals waarom zijn de bergen zo
hoog? Die zijn een stut voor de hemelboog en waarom zijn de zeeën zo diep, dat
is omdat ze dienen tot meerdere glorie van God die de wereld schiep.
Geen natuurkundeles gehad.
Er staat ook veel misschien in de tekst.
Maar goed.
De laatste strofe van het lied vraagt ons: waarom zijn de
mensen zo moe? Dat komt door het jachten en jagen en door al die tienduizend
vragen en altijd onderweg naar de vrede toe. In 1963 was dat. Inmiddels is het
onderweg nog veel erger geworden. Vooral met de vrede en dat gejakker en
daarbij voortdurend de blik op dat scherm van het alom aanwezige anti-communicatievehikel:
de smartphone! De domme blik op dat slimme ding.
Waarom de mensen zo dom zijn? Dat vroeg hij niet. We zijn
niet dom, maar moe.
Jules had een goed hart en een kritische blik. En zes
kinderen. Ik zag hem vaak in de trein onderweg naar de vrede toe. Reizigers
zaten toen te suffen, te lezen, te loeren of te luisteren.
Dag meneer De Corte.
Dag meneer Onderweg.
In Vietnam kregen de boeren toen gratis oranje
onkruidbestrijdingsmiddel uit Amerikaanse sproeivliegtuigen. Dat was voor de
wereldvrede.
Jules de Corte was een goed mens en gelovig.
Misschien.
Het is gek, maar als ik dit liedje hoor dan ontroert me dat
nog altijd. En je kunt het zelf ook beleven, op you tube. Op internet staat bijna
alles. Heel slim. Nu wij zelf ook nog.
Waarom zijn de mensen dan dom? Ja, u en ik niet natuurlijk,
maar al die anderen wel.
We weten het waarom van die hoge bergen en de diepe zeeën.
Ze zijn van eenzelfde oorsprong: de tektoniek van de aardschollen. Maar sta je
op een hoge bergrichel en kijk je in de diepte, dan ervaar je iets dat je weten
ontstijgt of onderuithaalt. Vertigo.
Ik weet bijna zeker (haha) dat De Corte nooit iets gelezen heeft
van Ludwig Wittgenstein. Maar de kern van het lied is uiteraard dat we veel vragen
hebben, maar geen antwoorden. Wittgenstein schreef een boek vol stellingen om
te tonen wat de wereld is. En als we weten wat de wereld is en al haar feiten, dan
blijft er nog één vraag over.
Waarom de wereld is. En wij en waarom wij leven.
Op die vraag heeft hij geen antwoord. Waarover je niet kunt
spreken, kun je maar beter zwijgen, zegt Wittgenstein. Maar dat doen we niet,
want we kunnen het niet, zegt De Corte.
Daarom zijn wij mensen zo dom.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten